Nederland hunkert naar armoedeporno

Na een lange dag college zette ik laatst de tv aan om even te ontsnappen aan de hectiek en ellende van de maatschappij die ik tijdens mijn studie sociologie soms te verduren krijg. Falend beleid van de Nederlandse overheid, kansenongelijkheid onder kinderen en de migratiecrisis zijn onderwerpen die dagelijks aan de orde komen. Toch zat ik op de bank te smullen van een aflevering Steenrijk, Straatarm. In het programma ruilen twee Nederlandse gezinnen een week van huis en budget, een gezin onder de armoedegrens en het andere gezin met een luxe levensstijl. Het programma wordt gepresenteerd als een soort sociaal experiment, waarin vooral de rijke gezinnen geconfronteerd worden met een deel van de samenleving waar zij weinig mee in contact komen. Het programma is populair en ook niet de enige in zijn soort, verschillende BN’er koppels hebben zich al gewaagd aan een tijdelijk leven op bijstandsniveau. Zo hebben de familie Roelvink, Froger en Geer & Goor al deelgenomen aan het programma Effe geen cent te makken en heeft de familie Meiland een eigen programma gelanceerd genaamd Chateau Bijstand. Een nobele opoffering natuurlijk om als steenrijke bekende familie Nederland te laten zien hoe zwaar het is om arm te zijn.

Dit type entertainment is een vorm van ‘poverty porn’, ook wel armoedeporno. Deze term komt uit de jaren tachtig, toen in campagnes steeds vaker armoede geëtaleerd werd aan de hand van heftige foto’s van uitgehongerde kinderen om een reactie bij het publiek te onttrekken. Tegenwoordig wordt de term gebruikt voor alle vormen van media waarin armoede wordt verheerlijkt of geëxploiteerd met een zogenaamd maatschappelijk doel. Een programma als Steenrijk, Straatarm etaleert zich bijvoorbeeld als sociaal experiment en als middel voor bewustwording van armoede in Nederland. Toch lijkt bij de programma’s elke vorm van integriteit te missen, is het een duidelijk onjuiste voorstelling van armoede en ontbreekt het aan maatschappelijke functie.

Een onjuiste voorstelling

In Effe geen cent te makken leven BN’ers een maand lang van een bijstandsinkomen. Hierbij verlaten ze hun luxueuze villa’s en gaan ze in bekende kwetsbare wijken wonen. Het is discutabel of de omstandigheden waarin de BN’ers zich op dat moment bevinden binnen het bijstandsbudget passen, maar buiten dat is er nog een cruciaal verschil met de realiteit. Armoede wordt door armen zelf namelijk, buiten een gebrek aan materiële middelen, beschreven als een psychologische en emotionele belemmering. Ze benadrukken de gevoelens schaamte, sociale isolatie, angst en hopeloosheid en voelen zich vaak ongehoord. Dit zijn allemaal dimensies van armoede die de Meilandjes in een maand nooit zullen ervaren. Arjen Lubach noemt in zijn show de armoede in deze programma’s om die reden ook wel ‘neparmoede’. Neparmoede is dus wel de materiële deprivatie, maar zonder de sociale en emotionele gevolgen. Want weten dat je na het programma weer in een dikke auto naar je vrijstaande villa kan terugkeren, maakt een maand bezuinigen veel dragelijker.

Geen ruimte voor oorzaken

Om de televisieprogramma’s luchtig en entertainend te houden worden de structurele oorzaken van armoede totaal buiten beschouwing gelaten.  De armoedeporno op tv kaart soms nog individuele oorzaken van armoede aan, zoals pech door een scheiding of werkloosheid maar nooit de complexere systematische oorzaken van armoede in Nederland. Hoewel ik als socioloog in spé een sociologie lesje van Dries Roelvink of Martien Meiland misschien nog wel zou kunnen waarderen, trekt dit simpelweg geen groot publiek aan.

Wie wordt nu eigenlijk geholpen?

Een centrale vraag hier is natuurlijk: heiligt het doel de middelen? Armoedeporno wordt soms ingezet om stigmatisering te verminderen, bewustwording te kweken of meer praktisch, om geld in te zamelen. Hoe goed bedoelt armoedeporno soms mag zijn, vind ik het een onsmakelijke manier van ‘bewustwording kweken’. Daarnaast gaat armoede in de praktijk vaak al gepaard met stigmatisering en schaamte. Een tv-programma als Steenrijk, Straatarm draagt enkel bij aan deze problemen door de bijna stereotyperende portrettering van de ‘armen’ en ‘rijken’. Aan de andere kant verheerlijken programma’s als Effe geen cent te makken en Chateau Bijstand juist de armoede. Zo vertellen Martien en Erica Meiland in een interview over wat ze nou hebben geleerd van een maand op bijstandsniveau leven. In het interview leggen ze uit dat ze tegenwoordig vaker op de elektrische fiets naar de Lidl gaan, ‘want je hebt minder keuze en dat is ook wel fijn’. Ook het inzamelen van geld blijkt een loos doel, Stichting Help Ons, die prominent in het programma zit, zegt geen enkele donateur rijker te zijn.

Nieuwe televisie

Armoedeporno is een verheerlijking en exploitatie van armoede. Nederlandse realityprogramma’s als Effe geen cent te makken, Steenrijk, Straatarm en Chateau Bijstand dragen bij aan de verdere stigmatisering van armoede door de volledig onjuiste voorstelling van de praktijk. De kijker wordt niet verder geïnformeerd over de structurele oorzaken van armoede waardoor het alleen maar bijdraagt aan het gevoel van schaamte. Ook is het geld dat ingezameld wordt met deze armoedeporno op tv minimaal.

Toch laat dit televisiegenre over schrijnende armoede veel kansen liggen. Ik wil graag een suggestie doen voor een programma genaamd stigma, schaamte en hopeloosheid waarin we BN’ers die aan lager wal zijn geraakt een stem geven om hun problemen aan te kaarten. Laten we bijvoorbeeld Glennis Grace, Frank Masmeijer of Peter Jan Rens de echte problemen aankaarten die spelen aan de onderkant van de maatschappij. Zo kan ik ’s avonds op de bank weer gewoon reality-tv kijken zonder mijn moraal opzij te hoeven zetten.

Het Centraal Cultureel Planbureau bracht afgelopen week het Centraal Economisch Plan uit van 2023, in dit plan staan de economische verwachtingen voor het jaar. Dit jaar, zo stelt het CPB, zal naar waarschijnlijkheid de koopkracht stijgen, maar de armoede ook (Centraal Cultureel Planbureau, 2023). Huishoudens in de middenklasse gaan er bijvoorbeeld gemiddeld 1 procent op achteruit en het aantal gezinnen onder de armoede grens zal stijgen van 4,7 naar 5,8 procent.

Deze groeiende groep arme huishoudens heeft een kwetsbare positie in de maatschappij. Zelf omschrijven armen hun situatie niet alleen als materiële deprivatie, maar vooral in termen als schaamte, machteloosheid, sociale isolatie en uitzichtloosheid (Roberts, 2020). Desondanks wordt armoede in de media vaak heel anders gepresenteerd, namelijk in vormen van armoedeporno. De term armoede porno of ‘poverty porn’ wordt gebruikt voor uitingen van media waarin armoede wordt geëxploiteerd of juist verheerlijkt (“Poverty Porn”, 2020). Deze armoedeporno heeft vaak als doel om stigma te verminderen, bewustwording te creëren of geld in te zamelen. Jensen (2014) gebruikt Pierre Bourdieu’s doxa om het maatschappelijk nut van armoedeporno te beschrijven. ‘Doxa’ omschrijft Bourdieu als overtuigingen over mensen en dingen maar ook tradities en sociale fenomenen, die als vanzelfsprekend worden beschouwd (Vakalopoulos, 2022). Door het genre armoedeporno, beargumenteerd Jensen (2014), wordt armoede meer vanzelfsprekend en deel van de doxa. Met deze ideologische functie zou het genre het stigma en schaamte met betrekking tot armoede verminderen.

Er zit ook een keerzijde aan de armoedeporno, zo zou het leiden tot groot wantrouwen, antipathie en hysterie richting arme gemeenschappen (Feltwell et al., 2017). Dit was bijvoorbeeld te zien aan de hand van het twitter verkeer na een uitzending van het Britse programma Benefits Street waar het merendeel van de berichten aanvallend of denigrerend was richting de deelnemers. Volgens Feltwell et al. (2017) speelt ook ‘othering’ een rol in het probleem van armoedeporno. De term ‘othering’ slaat hier op een beleefde ‘wij’ tegen ‘zij’ scheiding tussen armen en rijken in de maatschappij (Lister, 2020). Hierop aanvullend stellen Chauhan en Foster (2014) dat het probleem van ‘othering’  is dat het belichten van arme gemeenschappen een gevoel van afstand creëert tussen de maatschappij en de armen. Hoewel ‘othering’ volgens Chauhan en Foster (2014) onvermijdelijk is in activiteiten in de maatschappij, zorgt het wel voor een onjuist beeld van welvaart en welzijn.

Buiten het creëren van afstand tussen ‘zij’: de armen, tegen ‘wij’: de niet-armen, kaarten Clough et al. (2023) nog een ander probleem van armoedeporno aan. Er ontstaat namelijk ook een andere perceptie over de oorzaken van armoede, namelijk over ‘agency’. Agency is de mate waarin individuen invloed hebben op hun omgeving of situatie, in dit geval dus de armoede (Moore, 2016). Hoewel het in het artikel van Clough et al. (2023) gaat over de invloed van armoedeporno met betrekking tot ontwikkelingslanden, is de verschuiving van de perceptie van ‘agency’ mogelijk vergelijkbaar in Nederlandse context. Uit het onderzoek blijkt namelijk dat respondenten na het zien van armoedeporno arme mensen lager scoren op ‘agency’. Door armoedeporno ontstaat dus de perceptie dat arme mensen weinig controle hebben op hun situatie. Gebrek aan agency is een groot onderdeel van paternalistische attitudes richting armen (Clough et al., 2023).

References

Centraal Cultureel Planbureau. (2023). Centraal Economisch Plan (CEP) 2023. https://www.cpb.nl/centraal-economisch-plan-cep-2023

Chauhan, A., & Foster, J. M. (2014). Representations of Poverty in British Newspapers: A Case of ‘Othering’ the Threat? Journal of Community and Applied Social Psychology, 24(5), 390–405. https://doi.org/10.1002/casp.2179

Clough, E., Hardacre, J., & Muggleton, E. (2023). Poverty Porn and Perceptions of Agency: An Experimental Assessment. Political Studies Review, 147892992311524. https://doi.org/10.1177/14789299231152437

Feltwell, T., Vines, J., Salt, K., Blythe, M., Kirman, B., Barnett, J., Brooker, P., & Lawson, S. (2017). Counter-Discourse Activism on Social Media: The Case of Challenging “Poverty Porn” Television. Computer Supported Cooperative Work, 26(3), 345–385. https://doi.org/10.1007/s10606-017-9275-z

Jensen, T. (2014). Welfare Commonsense, Poverty Porn and Doxosophy. Sociological Research Online, 19(3), 277–283. https://doi.org/10.5153/sro.3441

Lister, R. (2020, 12 maart). The art of ignoring the poor. ATD Fourth World UK. https://atd-uk.org/2019/05/31/ruth-lister-the-art-of-ignoring-the-poor/#:~:text=Othering%20describes%20how%20the%20more,maintains%2C%20and%20justifies%20social%20distance.

Feltwell, T., Vines, J., Salt, K., Blythe, M., Kirman, B., Barnett, J., Brooker, P., & Lawson, S. (2017). Counter-Discourse Activism on Social Media: The Case of Challenging “Poverty Porn” Television. Computer Supported Cooperative Work, 26(3), 345–385. https://doi.org/10.1007/s10606-017-9275-z

Moore, J. E. (2016). What Is the Sense of Agency and Why Does it Matter? Frontiers in Psychology, 7. https://doi.org/10.3389/fpsyg.2016.01272

Poverty Porn. (2020, 6 april). Contextual Blog, Systemic Injustices Showcase, and Final Projects. https://u.osu.edu/introhumanitiesonline/2020/04/06/poverty-porn/

Roberts, G. (2020, 18 augustus). What is Poverty Porn, and why is it such a problem? Good Things Guy. https://www.goodthingsguy.com/opinion/what-is-poverty-porn-and-why-is-it-such-a-problem/

Vakalopoulos, K. A. (2022). Shedding Some (More) Light in Bourdieu’s Habitus and Doxa: A Socio‐Phenomenological Approach. Journal for The Theory of Social Behaviour. https://doi.org/10.1111/jtsb.12364

Share This Post