Mijn universitaire docente vroeg recent aan ons in een college wat wij verstaan onder het begrip ‘armoede’. Persoonlijk dook meteen het beeld van kinderen met hongerbuikjes, vliegjes in het oog, en ziekte op in mijn gedachten. Ik dacht meteen aan de erbarmelijke omstandigheden in ontwikkelingslanden, even losstaand van de armoede die zich in ons eigen kikkerlandje afspeelt. Waarom denk ik dit? En waarom heb ik zo een stereotyperend beeld over armoede? Ik kwam er al snel achter dat het antwoord vrij makkelijk en voor de hand liggend was. Het is iets waar we tegenwoordig niet zonder kunnen, iets wat bewust en onbewust veel invloed uitoefent op onze opinie en beeldvorming over een sociaal probleem. Twee woorden, zeven letters: De media.
De media zijn tegenwoordig niet weg te denken uit ons dagelijks leven. De televisie biedt kijkers een oneindig aantal aan zenders en films. Daarbij leveren het internet, kranten en de radio onophoudelijk berichtgeving over actuele gebeurtenissen in de wereld. De media bieden kortom vele vormen van entertainment en vermaak, maar ze creëren ook een bepaald bewustzijn en spelen een significante rol bij het vormen van houdingen en gedrag bij individuen [1].
Een sociaal probleem waarbij de media een grote rol spelen, is het fenomeen ‘armoede’. Vele zullen armoede nooit persoonlijk ervaren, maar de meeste mensen hebben er wel een mening over of een beeld van in hun hoofd. Framing door middel van de media is hierbij aanzienlijk van belang. Volgens de ‘framing theory’, grotendeels gevormd door sociale denker Erving Goffman, kan elk onderwerp vanuit verschillende perspectieven met verschillende waarden en opvattingen worden bekeken [1]. Deze onderwerpen worden binnen verschillende ‘frames’ gepresenteerd, waardoor men een bepaalde conceptualisering maakt van een kwestie. In de studie van Bullock, Wyche en Williams [2] wordt de theoreticus Entman aangehaald. Hij noemde twee soorten manieren die gebruikt worden door de lokale en nationale televisie, om armoede te beschrijven. Ten eerste, verhalen die armoede afschilderen als gedrag dat het welzijn van de gemeenschap bedreigd. Hiervan is het huidige programma ‘Beruchte sloppenwijken: Ewout in de ghetto’ bijvoorbeeld een goede illustratie. Armoede wordt in dit programma in verband gebracht met criminaliteit, drugs en bendes wat een ‘gevaar’ vormt voor de samenleving. Ten tweede noemt Entman verhalen die zich focussen op leed van de armen. Als voorbeeld, de televisie campagnes voor de armen in Afrikaanse landen, die zich vooral richten op beelden die de erbarmelijke omstandigheden van de betreffende individuen laten zien. Framing beïnvloedt dus meer dan alleen hoe een verhaal wordt verteld, maar ook hoe een sociaal probleem als armoede wordt waargenomen [2].
De framing van armoede door de media is niet alleen belangrijk met betrekking tot de vorming van een publieke opinie, maar ook voor het sociale beleid in een land. Vragen over zowel de oorzaken van armoede als de oplossingen daarvoor zijn sterk met elkaar verweven [1]. Iyengar [3] heeft aangetoond dat de media deze vraagstukken kunnen ‘framen’, waardoor het publiek de oorzaken van, en oplossingen voor het sociale probleem armoede als het ware kan identificeren. Deze vaststelling en framing van causaliteit en verantwoordelijkheid is van essentieel belang omdat zij bepalend zijn voor de aanpak van beleidsmakers onder het publiek bij hun pogingen om een oplossing voor het armoedeprobleem te vinden en bij het kiezen op wie specifiek de pogingen tot verandering binnen de samenleving moeten worden gericht en toegepast [3].
Moraal van het verhaal, mensen moeten bij zichzelf redeneren en ervan bewustzijn dat er altijd verschillende perspectieven zijn om naar een topic te kijken. Het volgen van een frame is zeker niet slecht en kan denk ik zelfs helpen om een sociaal probleem als armoede te begrijpen. Maar het houdt ook bepaalde vooroordelen en stereotyperingen in stand, kijkende naar het ‘hokje’ waar ik armoede zelf in plaatste. Wees dus niet bang om een frame te ‘als stok achter de deur’ te gebruiken, maar ook niet om als een ‘zalm tegen de stroom in te gaan’ en vanuit je eigen gedachte te bewegen.
Referenties
[1] Krizay, L.M. (2011). Begging for Change: A Comparative Analysis of How the Media Frames Domestic and International Poverty. Inquiries Journal, 3(9), 1-3.
[2] Bullock, H. E., Fraser Wyche, K., & Williams, W. R. (2001). Media Images of the Poor. Journal of Social Issues, 57(2), 229–246. doi: 10.1111/0022-4537.00210
[3] Kim, S. H., Carvalho, J. P., & Davis, A. C. (2010). Talking about Poverty: News Framing of Who is Responsible for Causing and Fixing the Problem. Journalism & Mass Communication Quarterly, 87(3–4), 563–581. doi: 10.1177/107769901008700308